Recent werd duidelijk dat motorsportbonden KNMV en MON de komende 11 jaar miljoenen euro’s nodig hebben voor het MX Masterplan, een actieplan om vooral de vergunningen van alle Nederlandse motorcrossclubs op het gewenste niveau te krijgen. Daarbij speelt geluid een belangrijke rol, maar ook word gekeken naar veiligheid en duurzaamheid. Tot nu toe was er geen consensus over de betaling van de ambities van de motorsportbonden; een eerder plan om motorcrossers bij elke clubtraining via een app twee euro aan de KNMV over te laten maken, sneuvelde op het laatste moment. 

Recent lieten de grote KNMV bond en concurrerende -maar veel kleinere- MON bond weten, samen te gaan werken aan dit project en daarvoor een losse stichting op te richten. Dit zodat de financiële stromen rondom het MX Masterplan volledig transparant kunnen worden gemaakt, iets wat binnen de bonden zelf veel ingewikkelder is en ook snel tot negatieve respons vanuit licentiehouders leidt. In de aanloop naar de nieuwe situatie met de twee bonden in één ‘onafhankelijke’ stichting, werken beiden bonden in het aanlooptraject nu nog samen in een expertgroep. 

Die expertgroep adviseert nu om alle motorcrossers jaarlijks een bedrag van 48 euro per crosser te vragen, als bijdrage aan het MX-masterplan voor het jaar 2022. Dit bedrag zou dan moeten worden afgerekend bij de aanschaf van een MON of KNMV licentie voor trainingen en wedstrijden op motocrosscircuits. Rijders met licenties bij beide bonden hoeven dan de bijdrage maar één keer te betalen. Of dit voorstel daadwerkelijk wordt overgenomen is nog afhankelijk van de algemene ledenvergadering (ALV) van de MON komende donderdag; blijkbaar zijn de leden van de KNMV al akkoord. 

De verplichte bijdrage van 48 euro is nog niet definitief, maar komt dan bovenop de huidige -ook verplichte- licentiekosten. Bij de KNMV zijn die nu jaarlijks € 67,50 om alleen te mogen trainen, maar 165 euro voor jeugd en 205 voor volwassenen die in een nationale competitie willen rijden. Bij de MON kost een trainingslicentie nu € 75,- en een wedstrijd-startbewijs 125 euro voor de jeugd en 215 voor volwassenen. Vooral voor de houders van alleen een trainingslicentie is de voorgestelde verhoging erg hoog, maar ook voor de wedstrijdrijders komt er een relatief fors bedrag bij.